Rechter doet binnenkort uitspraak in zaak tegen EZK en NCG - Middelstum Info

Menu
Menu
Ga naar de inhoud

Rechter doet binnenkort uitspraak in zaak tegen EZK en NCG

Gistermorgen vond een zitting plaats over de Wob-verzoeken die RTV Noord en de Groninger Bodem Beweging (GBB) in november 2018 indienden bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) inzake de HRA-methode. De wettelijke beslistermijn van acht weken is ruimschoots verstreken. Daarom hebben de organisaties de rechter gevraagd een uitspraak te doen over de uiterlijke beslistermijn van EZK en NCG. De rechter zal een dezer dagen de uitspraak doen.



Tijdens de zitting werd duidelijk dat de rechter verbaasd was dat deze zitting plaatsvond: “Blijkbaar ziet Wiebes de urgentie van het een en ander nog steeds niet.” “Het is eigenlijk een uitzondering dat we hier vandaag zitten. Normaal wordt na het aanstellen van een beroep een beslissing gemaakt en verdampt de zaak. Nu begrijp ik dat het een omvangrijk Wob-verzoek betreft, maar er zijn al 10 maanden verstreken. Ik heb dit nog nooit meegemaakt. Ik snap dat de zaak in beweging is en dat het af en toe lastig is. Het betreft een gevoelig dossier en mensen zijn heel boos. En voor een groot deel is dat volkomen terecht. Het is dan ook verbazingwekkend dat Wiebes dit niet zo hoog op de agenda heeft staan. Blijkbaar ziet Wiebes de urgentie van het een en ander nog steeds niet.”  De rechter verhoorde een medewerker van het NCG en advocaat Jewan de Goede. De ambtenaar sprak namens minister Wiebes. De Goede voerde het woord namens RTV Noord en de GBB.
Minister heeft belang bij vertragen
In het verweer komt naar voren dat de complexiteit van het verzoek en de beperkte beschikbare capaciteit voor het afhandelen van Wob-verzoeken de redenen zijn waarom de informatie nog niet is afgegeven. De GBB is echter van mening dat de minister er belang bij heeft om de documenten zo lang mogelijk onder zich te houden en niet openbaar te maken. De documenten hebben namelijk betrekking op het zogenoemde HRA-model, wat de basis vormt voor de versterkingsoperatie en onderdeel zijn van de gasbesluiten van Wiebes. In april jl. deed de Raad van State uitspraak over het beroep dat de GBB had aangesteld tegen het gaswinningsbesluit. De documenten hadden het beroep van de GBB kunnen sterken, maar hebben nu geen rol kunnen spelen.

De documenten zijn dus van groot belang voor de GBB en voor Groningers. En voor bewoners van woningen in het effectgebied van het Groningenveld in het bijzonder. Daarom is de GBB van mening dat mogelijk beperkte capaciteit van medewerkers die belast zijn met de afhandeling van de verzoeken geen argument mag vormen de beslistermijn te overschrijden – en zeker niet in de mate waarin dat is gebeurd. Bovendien is de GBB niet de enige partij die een Wob-verzoek heeft ingediend over de HRA-methodiek. De Wob-verzoeken van GBB staan dus niet op zichzelf en dus het onderzoek dat de minister daarvoor moet uitvoeren ook niet. De documentonderzoeken die noodzakelijk waren om de door anderen ingediende Wob-verzoeken af te handelen zouden juist ook gebruikt kunnen worden voor de afhandeling van het verzoek van GBB. De minister had de verzoeken dus tijdig kunnen afhandelen.

Bron: Groninger Bodem Beweging (30 augustus 2019) foto uit het archief
© Stichting Middelstum-info
Hoofdsponsors van onze website
Terug naar de inhoud